De mannen zien het iedere dag weer als een uitdaging om de containers zo goed en logisch mogelijk langs de weg neer te zetten, zodat de grijparm deze makkelijk achter elkaar door kan tillen en legen. Zo rijden ze snel en efficiënt de straten door, zonder dat ze één straat wel drie keer door moeten. Als Pieter één van de containers naar de zijkant van de stoep rijdt, voelt deze wel erg zwaar aan: ‘Eens kijken wat erin zit.’ Voorzichtig tilt Pieter het deksel open. Er zitten stenen in, en hoe vervelend ook voor de eigenaren van de container, dit afval mag niet worden meegenomen. Stenen horen niet bij het restafval, en Pieter en Erik hebben als doel om de afvalstromen goed te scheiden en zo zuiver mogelijk te houden. En dat maken ze waar ook. Aan de container laten ze een kaartje achter voor de eigenaren, zodat ze weten waarom hun container niet is geleegd. Gelukkig is dit de enige afwijkende container op de route vandaag.
Iedere week worden ze aan het einde van de route door een gezellige familie opgewacht. Opa en oma passen op de kleinkinderen, en die zijn enorm fan van de grote vuilniswagen én van Erik en Pieter. Als Erik aan komt rijden, zitten de kinderen al klaar op het bankje in de voortuin. Ze beginnen enthousiast te zwaaien. ‘Dit is toch waar ik het voor doe’, denkt Erik. Hij moet wel nog even goed opletten, want het blijft een vak, rijden in een vuilniswagen. De kinderen joelen het uit als de arm van de zijlader de containers in de vuilniswagen leegt. Ook nu kijkt Erik goed om zich heen, of er geen auto’s worden geraakt en dat er geen mensen onderdoor lopen. Het is een intensieve job. En de kids, die vinden het fantastisch, net als Pieter en Erik zelf. Nadat ze de kunsten van de zijlader hebben laten zien, vervolgt de route zich terug naar de afvalstoffendienst. Laatste keer lossen voor vandaag, en dan zit het erop. ‘Kunnen we weer lekker op tijd naar huis!’